Veiligheid

Veiligheid is essentieel voor de kinderopvang. Van veilig slapen en levensreddend handelen tot risicoanalyse en crisisaanpak: duidelijke procedures en snelle actie zijn belangrijk.
Ga snel naar...

Veilig slapen

Een veilige slaapomgeving is essentieel voor baby's en jonge kinderen in de opvang. 
Met deze zeven belangrijke richtlijnen vermindert het risico op wiegendood en andere slaapgerelateerde incidenten.

1. Leg een baby altijd op de rug te slapen

Baby's jonger dan één jaar moeten altijd op de rug te slapen worden gelegd. Dit is een van de belangrijkste maatregelen om wiegendood te voorkomen.

Uitzonderingen

  • Medische reden: Alleen als een arts een attest aflevert wegens een medische tegenindicatie (bv. open rug of bepaalde gelaatsafwijkingen).
  • Ouderlijk verzoek: Ouders kunnen een attest ondertekenen, maar het is belangrijk hen te informeren over de veilige slaaphouding.

Adviezen

  • Stimuleer bij de kennismaking ouders om hun baby vanaf de geboorte op de rug te laten slapen, zodat de overgang naar de opvang vlot verloopt.
  • Gebruik een slaapzak om de rugligging te ondersteunen.
     

2. Roken is verboden in de opvang

Roken in de kinderopvang is wettelijk verboden. Dit draagt bij aan een gezonde en veilige slaapomgeving.
 

3. Zorg voor actief toezicht tijdens het slapen

Een baby heeft regelmatige controle nodig tijdens het slapen. Blijf in de buurt en kijk, luister en voel of alles in orde is.

  • Laat baby's bij voorkeur tot 6 maanden en idealiter tot 1 jaar slapen in een ruimte waar toezicht mogelijk is.
  • Sommige baby's slapen beter in een rustig hoekje. Zoek indien nodig een passende oplossing, bijvoorbeeld een rustig hoekje in de leefruimte of een aangrenzende ruimte.
  • Extra toezicht is nodig bij:
    • Warm weer
    • Ziekte of verandering in gedrag
    • Slapen in een box
    • De eerste opvangdagen, na een ziekteperiode of na een ingrijpende verandering (bv. verhuis). 

4. Gebruik een veilig bed en veilig bedmateriaal

  • Voor elk aanwezig kind moet een veilig bed beschikbaar zijn. Er hoeven niet evenveel bedden te zijn als ingeschreven kinderen. Wel moet elk kind dat op hetzelfde moment wil slapen, een eigen bed hebben.
  • Baby's tot 18 maanden slapen in een veilig bed of wieg.

Plaatsing van de bedden

  • Er moet vrije circulatie mogelijk zijn langs minstens één lange zijde.
  • Plaats bedden ver genoeg uit elkaar om klimmen en verwondingen te voorkomen.

Speciale bedden

  • Een vouwbaar houten spijlenbed mag gebruikt worden, als het veilig is.
  • Vanaf 18 maanden kan een rustbed gebruikt worden.
  • Hoogslapers of stapelbedden kunnen ruimte besparen, maar moeten veilig gebruikt worden.
    • Volg de voorschriften van de producent. Controleer bijvoorbeeld de aanbevolen leeftijd voor het gebruik van het bovenste bed.
    • Voorkom valpartijen!
      • Zorg voor veilige hoogslapers en gebruik altijd de voorziene valbeveiliging.
      • Sluit het sluitsysteem correct. Maak het een vaste gewoonte om dit extra te controleren.
      • Opleiding voor nieuwe medewerkers en stagiairs. Leer hen van bij de start hoe ze bedden veilig gebruiken en controleren.
    • Brandveiligheid
      • Duid hoogslapers aan op het evacuatieplan. In dichte rook kan de brandweer moeilijk onderscheid maken tussen een kast en een hoogslaper.
      • Evacueer bij brand eerst de kinderen die boven slapen. Zij ademen sneller rook in en lopen meer risico.
      • Houd rekening met de brandweeruitrusting. Brandweerlieden kunnen zich moeilijker bukken en het sluitsysteem is lastiger te openen met handschoenen.

Buiten slapen

Wil je kinderen meer buiten laten slapen? Ga aan de slag.
 

5. Voorkom oververhitting

Een goed evenwicht tussen kledij, bedmateriaal en kamertemperatuur is belangrijk.

  • Verlucht de slaapruimte regelmatig.
  • Tijdens hitteperiodes kan airco nuttig zijn. Let op:
    • Houd het temperatuurverschil met buiten beperkt.
    • Sluit ramen en ventilatieroosters niet af.
    • Reinig en onderhoud de installatie goed.
    • Gebruik geen airco met luchtbevochtiging om legionella te voorkomen.

6. Vermijd slaapverstorende geneesmiddelen

Sommige geneesmiddelen (bv. siropen of druppels) kunnen een te diepe slaap veroorzaken. Overleg met ouders en arts bij twijfel.

7. Zorg voor rust, regelmaat en een wenperiode

Rust en regelmaat helpen baby's beter slapen. 

Veranderingen zoals de start in de opvang, een drukke omgeving of een verhuis kunnen stress veroorzaken en het slaappatroon beïnvloeden wat het risico op wiegendood vergroot.

  • Laat een baby geleidelijk wennen aan de opvang.
  • Zorg voor extra toezicht in de eerste weken.
  • Baby's met een verhoogd risico op wiegendood kunnen op medisch voorschrift een monitor krijgen.
  • Maak duidelijke afspraken met ouders over het gebruik en de reactie bij alarm.
  • Andere producten (bv. ademhalingsmonitors, speciale matrassen of pyjama’s) bieden geen garantie op veiligheid. Zelf toezicht houden blijft het belangrijkste.
Gebruik van monitors en andere hulpmiddelen
  • Baby's met een verhoogd risico op wiegendood kunnen op medisch voorschrift een monitor krijgen. Maak dan duidelijke afspraken met ouders over het gebruik en de reactie bij alarm.
  • Andere producten (bv. ademhalingsmonitors, speciale matrassen of pyjama’s) bieden geen garantie op veiligheid. Zelf toezicht houden blijft het belangrijkste.

Ga aan de slag: info en inspiratie

  • De Leermodule veilig slapen: leer meer over via de leermodule 'Veilig slapen' inclusief praktijkvoorbeelden, casussen en stilstaan bij je eigen aanpak. Log in of maak een nieuw account aan.
  • Info voor ouders: Op onze website  vinden ouders uitgebreide richtlijnen over veilig slapen thuis.
  • Slapen is een groeiproces met ups en downs: Lees het artikel in Kindertijd, het inspirerend magazine voor de kinderopvang van VBJK.
  • Ga aan de slag met je risico-analyse hieronder.

Risicoanalyse

Wat is een risicoanalyse en waarom is het belangrijk?

Een risicoanalyse helpt om een veilige en gezonde omgeving in de kinderopvang te garanderen.

De Vlaamse Regering legt geen gedetailleerde veiligheidsvoorwaarden op, zodat elke opvang haar veiligheidsbeleid kan afstemmen op de eigen werking. De risicoanalyse vormt hierbij het belangrijkste instrument om in de opvang samen na te denken over verbeteringen.

Een doorlopend proces voor alle medewerkers

Veiligheid en gezondheid vereisen voortdurende aandacht. Risicoanalyse is een continu proces waarbij medewerkers alert zijn op mogelijke gevaren en inschatten of een risico aanvaardbaar of onaanvaardbaar is. Onaanvaardbare risico’s moeten onmiddellijk worden aangepakt.

Adviezen

  • Maak het een gewoonte om risico’s te evalueren bij dagelijkse handelingen.
  • Betrek collega’s om mogelijke gevaren tijdig op te merken en bij te sturen. Bespreek risico’s met collega’s.
  • Voer regelmatig een nieuwe controle uit, niet enkel bij incidenten.
  • Gebruik elke situatie die mogelijk schade kan veroorzaken als een kans om het beleid te verbeteren.

Zo veilig als nodig

Kinderen ontdekken de wereld met vallen en opstaan. Kinderopvang moet verstandig omgaan met risico’s, zodat kinderen voldoende speelkansen krijgen en hun grenzen kunnen verkennen. Kleine ongelukjes zoals blauwe plekken en schrammen horen bij hun ontwikkeling. De weerstand van jonge kinderen is nog in opbouw, waardoor ze sneller ziek kunnen worden. Het volledig vermijden van alle kleine incidenten is onmogelijk.

Risico’s

Onaanvaardbare risico’s 

Deze risico's moeten direct worden aangepakt. Een risico is onaanvaardbaar als:

  • de mogelijke schade te ernstig is;
  • de kans op een incident groot is en er weinig of geen speelwaarde is.

Voorbeeld: Knoopcelbatterijen binnen het bereik van kinderen bewaren is een onaanvaardbaar risico. Ze bieden geen speelkansen en de gevolgen van inslikken zijn ernstig.

Aanvaardbare risico’s 

Deze risico's bieden speelkansen en hebben een beperkte kans op ernstige gevolgen.

Voorbeeld: Een peuter onder begeleiding met een aangepast mes een banaan laten snijden is een aanvaardbaar risico. Het kind leert motorische vaardigheden en krijgt inzicht in materialen.

Contextgebonden aanpak

Of een risico aanvaardbaar is, hangt af van diverse factoren, zoals:

  • Aantal en leeftijd van de kinderen
  • Aanwezigheid en draagkracht van medewerkers
  • Type activiteit en mogelijkheid tot toezicht
  • Inrichting van de opvangruimte


Wettelijk verplichte risicoanalyse

De risicoanalyse moet gevaren in kaart brengen op vier domeinen:

  • Verwondingen en ongevallen
  • Crisissen en levensbedreigende situaties
  • Het verdwijnen van kinderen
  • Ziekte, besmetting en verontreiniging

Kinderen hebben een emotioneel veilige en geborgen omgeving nodig om zich optimaal te ontwikkelen. Het gedrag van medewerkers speelt daarbij een cruciale rol. Daarom is het belangrijk om in de risicoanalyse rekening te houden met de draagkracht van elke medewerker en de ondersteuning die nodig is om kwaliteitsvol en integer te handelen.

Permanente begeleiding en actief, auditief en visueel toezicht helpt om kinderen fysiek en emotioneel veilig te laten opgroeien.

Adviezen

  • Kijk en luister actief om risico’s tijdig op te merken en bij te sturen.
  • Bied betrokken toezicht: observeer, stimuleer en verrijk spelactiviteiten.
  • Leer kinderen omgaan met risico’s door samen op ontdekking te gaan en grenzen te verleggen.
  • Bespreek in het team de impact van smartphonegebruik tijdens toezicht.

Deze video's lichten de principes van risicoanalyse toe

  • Risico-analyse is een voortdurende opdracht
  • Zo veilig als nodig
  • Draagkracht en kwaliteitsvol handelen
  • Actief, auditief en visueel toezicht
  • Permanente begeleiding
Hoe hou ik toezicht als de kinderen achter de hoek spelen?

Actielijsten als hulpmiddel

De actielijsten van Opgroeien helpen bij de risicoanalyse, zijn niet verplicht. De vragenlijsten zijn gebaseerd op algemene richtlijnen én meldingen van ongevallen en gevaarsituaties.

Actielijsten helpen om:

  • na te denken over de aanpak;
  • te controleren of de opvang voldoet aan de noodzakelijke voorwaarden voor veiligheid en gezondheid;
  • verbeterpunten te identificeren en te implementeren.
  • Neem de actielijsten regelmatig door, want situaties veranderen, materiaal verslijt, personeel wisselt ...
  • Pas ze aan op de specifieke situatie van jouw opvang.

Tips:

  • Neem de actielijsten regelmatig door, want situaties veranderen, materiaal verslijt, personeel wisselt ...
  • Pas ze aan op de specifieke situatie van jouw opvang.

De 3 A’s van risicoanalyse

Een tekening met de 3 A's van risico-analyse: aandacht, afweging en aanpassing

Een praktische methode om risico’s te analyseren en met collega’s in gesprek te gaan is het gebruik van de 3 A’s.

  1. Aandacht voor risico’s en noden van kinderen:
    - Observeer mogelijke gevaren in de ruimte, gewoonten en gedrag van kinderen en medewerkers.
    - Heb aandacht voor de fysieke en emotionele veiligheid van elk kind.
  2. Afweging maken:
    - Wegen de speelkansen op tegen de risico’s?
    - Wat is de kans op letsels of onveiligheid?
    - Welke contextfactoren beïnvloeden het risico? Aantal kinderen, ruimte, medewerkers, …
  3. Aanpassingen doorvoeren:
    - Hoe kan je het risico aanvaardbaar maken?
    - Worden speelkansen beperkt door de aanpassingen?
    - Is er extra toezicht of ondersteuning nodig?
Lees er meer over in de Special over de risicoanalyse

Een praktijkvoorbeeld van Wolkewietje

De opvang merkt dat peuters graag met kiezelsteentjes spelen, terwijl jongere kinderen ze soms in hun mond steken. Het team bespreekt de risico’s en beslist dat inslikken voor de allerkleinsten onaanvaardbaar is, maar wil oudere peuters wel speelkansen bieden. Na het afwegen van opties kiest de opvang ervoor het pad te verharden en een kiezelbak te voorzien voor de oudere peuters, zodat jongere kinderen geen risico lopen.

Tips om aan de slag te gaan

  • Gebruik foto’s van spelende kinderen en van situaties in de opvang als startpunt voor reflectie.
  • Maak gebruik van MeMoQ om na te denken over kwaliteitsvol en integer handelen.
    • Denk ook aan situaties waarin kwaliteitsvol handelen onder druk staat, zoals onverwachte gebeurtenissen, reacties van kinderen of momenten waarop jij of je collega’s minder goed in je vel zitten.
    • Tip: bekijk deze video over kwaliteitsvol handelen
  • Betrek alle medewerkers bij het proces, ook vrijwilligers, logistieke medewerkers, stagiairs en ouders.
  • Houd een logboek bij van (bijna-)incidenten en evalueer deze met de 3 A’s.
  • Bekijk de omgeving door de ogen van een kind om beter in te schatten wat veilig is. Sta ook stil bij hoe een kind de omgeving beleeft.

Ondersteuning

Verschillende organisaties bieden ondersteuning bij het opstellen van een risicoanalyse:

Crisis en grensoverschrijdend gedrag

In de kinderopvang kunnen onverwachte situaties ontstaan, zoals een kind dat wegloopt, een brand of grensoverschrijdend gedrag door een medewerker of ouder. 

  1. Een crisis of grensoverschrijdend gedrag kan grote impact hebben op de kinderopvang. Een doordachte aanpak is essentieel om de situatie onder controle te houden en de juiste stappen te zetten. Daarom moet elke medewerker de aanpak kennen en kunnen toepassen.
  2. Een crisis of grensoverschrijdend gedrag moet aan Opgroeien gemeld worden.
  3. Een sterk communicatieplan helpt de kinderopvang om tijdens een crisis snel en correct te handelen.

Wat is een crisissituatie?

Een crisis is een situatie waarbij de fysieke of psychische integriteit van een kind tijdens de kinderopvang in gevaar is of geschonden is.

Voorbeelden:

  • Geweld, verwaarlozing of mishandeling, ongeacht of dit al objectief vastgesteld is.
  • Overlijden van een kind of medewerker in de opvang of later in het ziekenhuis.
  • Onveilige situaties of onaanvaardbare risico's waardoor een kind in gevaar is of in gevaar kan komen
  • Ernstige letsels of letsels zonder plausibele verklaring.
  • Plotse gedragsverandering bij een kind zonder duidelijke oorzaak.
  • Risicofactoren bij medewerkers, zoals stress, drugs- of alcoholgebruik.

 

Wat is grensoverschrijdend gedrag?

Grensoverschrijdend gedrag is een situatie waarin een kind het slachtoffer is of dreigt te worden van onterende handelingen, bedreigingen of geweld door een persoon die aanwezig is in de kinderopvang.

Hulp bij het uitwerken van je aanpak rond crisis en grensoverschrijdend gedrag.

Ondersteuning nodig? Je kan terecht bij:

Verplichte melding

Als organisator ben je verplicht om bepaalde situaties zo snel mogelijk te melden aan Opgroeien:

  • Elke crisis en grensoverschrijdend gedrag
  • Een strafonderzoek waarbij jij of een medewerker betrokken is
  • Een veroordeling van jou of een medewerker voor feiten met impact op goed gedrag en zeden ten aanzien van minderjarigen
  • Een klacht over een crisis
  • Problemen die de continuïteit van de opvang kunnen verstoren
  • Belangrijke bestuurswijzigingen binnen je organisatie

Hoe moet je melden?

Meld zo snel mogelijk via telefoon of e-mail:

Twijfel of iets gemeld moet worden?

Neem het zekere voor het onzekere en contacteer je klantenbeheerder
 

Wat doet Opgroeien met de melding?

Na je melding:

  • Wordt de melding geregistreerd en bewaard.
  • Onderzoeken minstens twee deskundigen de situatie.
  • Opgroeien beoordeelt of verdere acties nodig zijn op basis van:
    • De genomen of uitblijvende acties van de organisator.
    • De historiek van de opvanglocatie.
    • Informatie uit eventuele andere bronnen.
  • Er worden acties ondernomen en de situatie wordt verder opgevolgd.

 

Waarom melden?

Tijdig een crisissituatie melden helpt om:

  • Ondersteuning te bieden aan de opvang.
  • Meldingen van derden correct te kaderen.
  • Situaties op te volgen en indien nodig in te grijpen.
  • Preventieve maatregelen te ontwikkelen.

Veelgestelde vragen over melden en Opgroeipunt

Foto van baby op laken met vraagtekens rond de baby

Wanneer meld je iets bij je klantenbeheerder en wanneer bij Opgroeipunt? Wat gebeurt er met je melding? Wie kan een melding doen of een klacht indienen, en hoe? Ontdek de antwoorden op deze veelgestelde vragen.

Verontrusting over de thuissituatie

Wat is verontrusting?

Medewerkers in de kinderopvang staan in nauw contact met gezinnen. Soms merken zij zaken op die hen ongerust maken over een kind en zijn thuissituatie. Verontrusting is een bezorgdheid over de fysieke of psychische integriteit van een kind.

Mogelijke signalen

  • Plotselinge veranderingen in slaapgedrag, eetpatroon, afscheid nemen, spelen en betrokkenheid.
  • Bezorgdheid over hygiëne, kleding of medische zorg.
  • Opvallende interacties tussen het kind en anderen, zoals ouders, kinderbegeleiders of leeftijdsgenoten.
  • Onverklaarbare letsels zoals schrammen, blauwe plekken of brandwonden.
  • Ontwikkelingsachterstand of voorsprong.
“Ook kleine signalen kunnen belangrijk zijn: vaak een vuile luier, beschimmeld flesje of te lichte kledij. Wees alert en zet stappen, ook bij beperkte verontrusting.”
Evi Verdoodt, Psychologe - Vlaams Expertisecentrum Kindermishandeling

Samen zorgen voor een veilige en kansrijke start

Merk je iets op bij een kind? Onderneem actie, hoe klein ook. Soms volstaat een gesprek met de ouder, soms is meer nodig.

De eerste 1000 dagen zijn cruciaal voor de fysieke, cognitieve en sociaal-emotionele ontwikkeling. In deze periode zijn kinderen kwetsbaar en volledig afhankelijk van zorgende volwassenen.  Kinderopvang speelt hierin een belangrijke rol door ook emotionele en sociale steun te bieden.

Bespreek bezorgdheden open met ouders en bouw een vertrouwensband op. Een sterke relatie maakt het makkelijker om moeilijke gesprekken aan te gaan en samen het beste voor het kind te doen.

“Dat kinderen het thuis goed hebben, is cruciaal om zorgwekkende situaties te stoppen. Bespreek bezorgheden met de ouders. Zo hebben zij de kans om bij te sturen.”
Evi Verdoodt, Psychologe - Vlaams Expertisecentrum Kindermishandeling

Wat doen bij verontrusting?

Tekening van de ABC stappen bij verontrusting van een kind in de thuissituatie

Omgaan met verontrusting kan uitdagend zijn. De stappenplannen geven jou de nodige houvast:

  • Aandacht hebben voor het kind, signalen, … en kort aftoetsen met de ouder
  • Bespreken van de situatie met collega’s of advies inwinnen
  • Communicatie met ouders

Bekijk in deze webinar hoe kinderopvangmedewerkers omgaan met verontrusting, met tips van experten.

Bespreekbaar maken en verdiepen

Wil je verontrusting in de kinderopvang beter begrijpen en bespreekbaar maken? Ontdek handige materialen en inzichten.

Ondersteuning en vorming

Je staat er niet alleen voor. Er zijn diverse hulpmiddelen en organisaties die ondersteuning bieden:

  • Vertrouwenscentrum Kindermishandeling (VK):
    • Inschatting en ondersteuning bij een situatie in een gezin, eventueel anoniem. Voor een tussenkomst  van het VK doe je bij hen een melding.
    • Bij een situatie door een persoon verbonden aan de kinderopvang, verwijst het VK ook door naar justitie, omwille van de veiligheid van de kinderen.
  • Online leermodule 'Verontrusting':
    • met praktijkvoorbeelden, stappenplannen, tips en oefeningen voor de kinderopvang.
    • op maat van verschillende profielen en ideaal voor zowel ervaren medewerkers als starters.
    • Ga naar het leerportaal en maak je account of log in
  • 'Blijf bij' - mails
    • Om de 2 weken krijg je een korte prikkel met inzichten over omgaan met verontrusting bij kinderen thuis.  Schrijf je in.

Levensreddend handelen

Het is belangrijk dat de verantwoordelijke en kinderbegeleiders weten hoe te handelen in een noodsituatie met een kind.

  • Zij moeten minstens om de drie jaar de basisopleiding levensreddend handelen bij kinderen volgen en na afloop een geldig attest voorleggen.
  • De organisator moet ervoor zorgen dat deze kennis elk jaar wordt opgefrist. Hoe die opfrissing gebeurt, kiest de organisator zelf.
Affiche met de stappen voor het reanimeren van kinderen

Deze affiche bevat de nodige stappen bij een reanimatie van kinderen. 

Download de affiche

Brandveiligheid

De brandveiligheidseisen verschillen per opvangvorm:

Gezinsopvang

  • Zorg voor een veilige evacuatie van kinderen.
  • Neem maatregelen om brand te voorkomen.

Groepsopvang

  • De infrastructuur moet voldoen aan de brandveiligheidsvoorschriften.
  • Je toont dit aan met een brandveiligheidsattest A of B, dat je aanvraagt bij de burgemeester van de gemeente.
  • Bij ingrijpende wijzigingen vraag je ten laatste 6 maanden na de werken een nieuw brandveiligheidsattest aan.
  • Je kan bij de technische commissie brandveiligheid een afwijking aanvragen. De technische commissie adviseert Opgroeien over je aanvraag. 
  • Vul de lijst met noodnummers in en hang dit zichtbaar op verschillende plaatsen in de opvang.
  • Denk op voorhand ook na over de boodschap die je wil brengen aan nooddiensten en vul dit ook aan op het document met de noodnummers, bv. het adres.

Veilig speelterrein en speeltoestellen

Speelterreinen en speeltoestellen moeten veilig zijn voor kinderen. De regelgeving hierover valt onder de bevoegdheid van de FOD Economie, niet van Opgroeien. Heb je als opvang een speeltoestel in je tuin? Dan wordt je tuin beschouwd als een speelterrein.

Wat zijn speelterreinen en speeltoestellen?

  • Een speelterrein is een ruimte voor spel en ontspanning met minstens één speeltoestel.
    • Speelterreinen kunnen tijdelijk of permanent zijn. Een tijdelijk speelterrein is bijvoorbeeld een springkasteel dat je enkele dagen in je tuin plaatst.
    • Een speelterrein kan zowel buiten als binnen ingericht worden.
  • Een speeltoestel is ontworpen voor het plezier van kinderen en werkt op eigen energie of zwaartekracht. Voorbeelden: schommel, zandbak, wip, klimtoren, glijbaan
    • Tip: Koop enkel speeltoestellen die voldoen aan de Europese norm EN 1176 en vraag een bewijs van conformiteit.
    • Deze objecten vallen niet onder de regelgeving voor speeltoestellen maar een risicoanalyse is wel belangrijk: vermijd onaanvaardbare risico’s.
      • Loopfietsjes, driewielers en kinderfietsen
      • Elektrische of gemotoriseerde speeltoestellen
      • Speeltenten, kampen of hutten die kinderen zelf bouwen
      • Toestellen of speelgoed lichter dan 3 kg
      • Speeltoestellen in een afgeschermd privédeel van een huis of tuin, enkel bestemd voor het gezin van de onthaalouder

Regelgeving, risicoanalyse en meldingsplicht

De uitbater van een speelterrein is verantwoordelijk voor de veiligheid en het onderhoud, zonder het speelplezier van kinderen te beperken.

Vragen over de veiligheid van speelterreinen en -toestellen?

Stuur een mail naar ensure@economie.fgov.be

 

Nucleair risico

Een goede voorbereiding helpt om de gevolgen van een nucleair incident te beperken. Op de website Nucleair Risico vind je praktische tips.

  • Eerste maatregel: Blijf binnen en sluit ramen en deuren.
  • Jodiumtabletten: Zorg dat je een voorraad hebt. Bij een nucleair ongeval helpen deze tabletten om de opname van radioactief jodium in de schildklier te voorkomen. Ze zijn gratis verkrijgbaar bij de apotheek. Op de website nucleair risico kan je berekenen hoeveel tabletten je nodig hebt.
  • Informeer ouders via het huishoudelijk reglement dat de opvang het federale advies zal volgen bij een nucleair incident.
  • Neem nucleair risico op in je crisisprocedure en zorg voor duidelijke afspraken met ouders over dosering en communicatie.

Let op voor fraude en oplichting

Opgroeien ontvangt geregeld meldingen over oplichters die zich voordoen als inspecteurs, brandweerpersoneel of politieagenten. Wees alert bij verdachte bezoeken, telefoons of e-mails.

  • Oplichters proberen toegang te krijgen tot de opvang.
  • Sommigen misbruiken de naam van Opgroeien of Kind en Gezin.
  • Wees kritisch bij commerciële aanbiedingen.

Advies

  • Weiger onbekenden zonder geldige identificatie of duidelijke reden.
  • Laat je niet intimideren door een uniform of officiële functie. Toelaten is nooit verplicht.
  • Vraag altijd om een identificatiekaart of badge en controleer de gegevens.
  • Blijf in de buurt tijdens de opdracht of laat een medewerker dit doen.
  • Twijfel je aan de echtheid? Controleer het telefoonnummer via een officiële bron. Sluit de deur tijdens het telefoongesprek en weiger toegang bij twijfel.
  • Meld verdachte bezoeken of oplichting bij de politie en Opgroeien (via de Kind en Gezin-Lijn).