Je bent een lokaal bestuur
Als lokaal bestuur weet je welke kinderen er in jouw gemeente of stad wonen en naar school gaan. Je kent het aanbod van de opvang, de scholen, de vrijetijdsaanbieder,… Je weet dus wat de lokale noden zijn om hier een beleid rond uit te stippelen.
Opdrachten
Het lokaal bestuur neemt de regie op van de buitenschoolse opvang en activiteiten:
- een lokaal beleid rond buitenschoolse opvang en activiteiten ontwikkelen
- de besteding en verdeling van de beschikbare financiële, personele, logistieke en infrastructurele middelen
- het lokaal opvangaanbod erkennen en handhaven, op basis van een lokaal erkenningskader.
Dit lokaal BOA-beleid ontwikkel je binnen de strategische meerjarenplanning en in samenspraak met relevante actoren.
Het lokaal beleid rond buitenschoolse opvang en activiteiten vormgeven is een proces. Het is belangrijk om voldoende betrokkenheid, eigenaarschap en draagvlak voor je lokaal beleid te creëren. Daarom onderneem je best de stappen samen met relevante actoren: de buitenschoolse opvang, scholen, ouders en kinderen, jeugd, cultuur, sport …
Als lokaal bestuur ben je een neutrale regisseur en doe je inspanningen om het gesprek aan te gaan over bezorgdheden met gebruikers, organisatoren en relevante actoren.
Timing
Sinds 1 januari 2021 en tot 31 augustus 2026 loopt de overgangstermijn. Tijdens die overgangstermijn blijven de huidige subsidiesystemen nog even doorlopen, zodat er tijd is om de lokale dialoog op te starten en je beleidsplannen op te maken voor 2026.
Lokale besturen die eerder klaar zijn met de uitwerking van hun lokaal BOA-beleid, kunnen al op 1 januari 2026 starten.
Subsidies
Na de overgangstermijn ontvangt elk lokaal bestuur een jaarlijkse BOA-subsidie als ze acties rond BOA opneemt in de meerjarenplanning.
Tijdens de overgangstermijn behouden gesubsidieerde organisatoren van buitenschoolse opvang door Opgroeien hun subsidies. Na de overgangstermijn beslist het lokaal bestuur hoe de financiële middelen worden verdeeld voor de buitenschoolse opvang. De overgangstermijn kan ook ingekort worden.
De Vlaamse regering investeert vanaf 2025 jaarlijks 80 miljoen euro extra in BOA. Dit bijkomend budget wordt al in 2025 toegekend aan de lokale besturen, onder de vorm van een tijdelijke boost-subsidie. Na de overgangstermijn wordt dit budget mee ingezet als BOA-subsidie.
Rapportage-instructies
Meer weten?
-
De uitgebreide brochure over het lokaal beleid BOA en de subsidies (tijdelijk niet beschikbaar, update volgt)DownloadDownload
-
Hoe een inkorting van de overgangstermijn voor subsidies BOA aanvragen? - procedureDownloadDownload
-
Een inkorting van de overgangstermijn voor subsidies BOA aanvragen - formulierDownloadDownload
-
BOA-subsidies aan lokale besturen - oproep juli 2021DownloadDownload
Interessante webinar over het decreet
Je bent een organisator buitenschoolse opvang
Als je opvang voor kleuters en/of lagere schoolkinderen organiseert, ben je een belangrijke partner in het lokale BOA-verhaal.
Het lokaal bestuur erkent opvangaanbod via een eigen erkenningskader met eigen kwaliteitsvoorwaarden. Dit kader wordt opgemaakt in afstemming met het lokaal samenwerkingsverband BOA. Het lokaal erkenningskader is verplicht zodra het lokaal bestuurt instapt in de definitieve regeling van het decreet.
Je kan als organisator een lokale erkenning aanvragen bij het lokaal bestuur als je voldoet aan de verwachtingen van het lokaal erkenningskader. Een lokale erkenning is nodig om in aanmerking te komen voor een BOA-subsidie.
Het lokaal beleid
Het lokaal bestuur ontwikkelt, samen met alle spelers op het BOA-veld, een visie rond BOA als basis voor de verdeling van de middelen (subsidies). Door deel te nemen aan het lokaal samenwerkingsverband, heb je mee inspraak in het BOA-verhaal voor jouw gemeente of stad.
De overgangstermijn
De overgangstermijn loopt van 1 januari 2021 tot en met 31 augustus 2026. Tijdens die overgangstermijn blijven de huidige subsidiesystemen nog even doorlopen, zodat het lokale bestuur de tijd heeft om de lokale dialoog op te starten de beleidsplannen op te maken voor 2026. Lokale besturen die al sneller klaar zijn met de uitwerking van een lokaal BOA-beleid, kunnen al starten op 1 januari 2026. In dat geval ontvangen de organisatoren al vanaf 1 januari 2026 geen subsidies meer van Opgroeien maar geldt het lokale BOA-beleid.
Tijdens de overgangstermijn behouden organisatoren van buitenschoolse opvang met een subsidie van Opgroeien, deze subsidie. De subsidies zijn omgezet naar transitiesubsidies: enkele sterk vereenvoudigde subsidiestromen met voorwaarden die afgestemd zijn op het kwaliteitslabel. Dit gebeurde ook op 1 januari 2022.
Onthaalouders die buitenschoolse opvang organiseren blijven gedurende de overgangstermijn nog onder het vergunningsstelsel. Na de overgangstermijn valt ook de gezinsopvang onder het BOA-verhaal.
Er is ook een inkorting van de overgangstermijn mogelijk. Dit kan enkel als het lokaal bestuur en elke organisator buitenschoolse opvang die subsidies krijgt van Opgroeien het hierover eens zijn. In dat geval ontvangt het lokaal bestuur voor de rest van de overgangstermijn de subsidie van die organisatoren binnen de gemeente.
Meer weten?
Je bent onderwijsverstrekker
Opvang voor en na school is voor heel wat scholen een zorg. Sommige scholen doen een beroep op een organisatie die buitenschoolse opvang organiseert. Andere scholen organiseren zelf opvang, al dan niet in samenwerking met het lokaal bestuur of een andere partner.
Scholen zijn belangrijke partners om mee hun schouders te zetten onder het BOA-verhaal in een gemeente of stad. Zij kennen de noden en de kansen en kunnen samen met de andere partners lokale oplossingen verkennen. Dat kan bijvoorbeeld gaan over infrastructuur, partnerschappen met vrije tijd, samenwerking op woensdagmiddag, zoektocht naar personeel …
Ga dus zeker samen met het lokaal bestuur en andere partners op zoek naar mogelijkheden voor buitenschoolse opvang en activiteiten binnen jouw gemeente.
Je biedt activiteiten aan in de vrije tijd van kinderen
Alle activiteiten voor kinderen vallen hieronder: een museum met een aanbod voor schoolkinderen, een speelplein, een opvang, de bibliotheek, de kunstacademie, een oudergroep die opvang organiseert, organisator van speelnamiddagen, een sportkamp, … Dit zowel voor als na schooltijd, als in vakantieperiodes.
Met BOA willen we voor alle kinderen een leuke vrije tijd bieden, waarbij ze hun talenten kunnen ontwikkelen. Iedereen die daar een steentje aan bijdraagt, is welkom om mee na te denken. Door samen te werken met andere buitenschoolse activiteiten en het diverse aanbod beter op elkaar af te stemmen, verhoog je de toegankelijkheid.
Vakantiekampen
In principe mag iedereen een kamp organiseren. Afhankelijk van de sector waarin je een vakantiekamp organiseert (sport, jeugd …) gelden bepaalde vereisten of regels. Je kan een lokale erkenning aanvragen bij het bestuur als je voldoet aan de voorwaarden.
Inspiratiekader

Het inspiratiekader is een hulpmiddel voor lokale besturen en BOA-partners om te reflecteren over je lokaal BOA-beleid. Zo krijg je inspiratie met allerlei praktijkvoorbeelden om de kwaliteit van het lokale beleid, de samenwerking en het hele aanbod naar een hoger niveau te tillen.
Laat je inspirerenWebinar BOA en vrije tijd
Je bent een gezin
Elke stad of gemeente heeft een eigen, uniek aanbod van buitenschoolse opvang en vrijetijdsactiviteiten. Het geeft kinderen de kans om te groeien en talenten te ontdekken. Voor jou als ouders maakt het de puzzel tussen werk, opleiding en gezin gemakkelijker. Maar toch worstelen heel wat ouders met deze combinatie: er is weinig plaats, de uren komen niet goed uit, je hebt geen overzicht van het aanbod …
Daarom moedigt de Vlaamse overheid alle lokale besturen aan om het plaatselijke aanbod van opvang en activiteiten beter af te stemmen op de noden van kinderen en gezinnen. Dit voor zowel voor- en na de schooluren, als in de vakantieperiodes. Zo kan de buitenschoolse opvang in je buurt bijvoorbeeld samenwerken met de lokale toneelvereniging op woensdagnamiddag. Of werkt het speelplein samen met de opvang, om de drukke en rustige momenten beter te verdelen.
Het lokaal bestuur heeft de regie in handen en stippelt met verschillende partners het lokaal beleid rond buitenschoolse opvang en activiteiten (BOA) uit. Er zijn vandaag veel lokale verschillen: in de ene gemeente is er misschien geen toneelvereniging, maar wel een badmintonclub, of net omgekeerd. Afhankelijk van het lokale aanbod en de noden van kinderen en gezinnen, krijgt dat nieuwe beleid vorm.
Jouw mening is ook van belang
De stad of gemeente brengt verschillende partners rond de tafel: de opvang, de scholen, het jeugdwerk, de sportclub … en maakt samen met hen plannen op voor de toekomst.
Daarbij is de stem van kinderen en gezinnen erg van belang: jullie kunnen aangeven waar je nood aan hebt, waar je tevreden over bent, welke problemen je ervaart … Informeer je dus zeker bij het lokaal bestuur over de plannen en hoe ze inspraak van kinderen en gezinnen voorzien.
Hoe verloopt de samenwerking?
Aan het samenwerkingsverband deelnemen is vrijblijvend en geen vereiste om financiële middelen te ontvangen. Toch is het voor iedereen interessant: zo heb je een stem in de beslissingen, je bereikt ook meer doelgroepen, krijgt meer ademruimte, hebt een beter zicht op middelen, mogelijke infrastructuur die kan worden gedeeld, ... Door de deelname kan je je eigen aanbod ook beter afstemmen op de lokale BOA-visie.
Het lokaal bestuur - of een organisatie die het lokaal bestuur aanstelt - neemt het initiatief om een lokaal samenwerkingsverband op te richten. Het samenwerkingsverband heeft deze vier opdrachten:
- advies geven aan het lokaal bestuur
- het lokale beleid uitvoeren
- operationele doelstellingen ontwikkelen en acties coördineren
- Nederlands als verbindende taal in de buitenschoolse opvang en activiteiten stimuleren.
Een nieuwe, afzonderlijke structuur oprichten is niet nodig. De samenwerking kan worden ingebed in een bestaande structuur. Zoals een Huis van het Kind, het Lokaal Overleg Kinderopvang, het Lokaal Onderwijsplatform… Of door deze structuur voor BOA uit te breiden.
Ook de stem en blik van ouders en kinderen is van belang, betrek hen dus zeker.
Het overlegorgaan kan uit verschillende niveaus bestaan, want niet elke partner is even sterk betrokken voor elk thema. Zo kan het zijn dat je voor de afstemming van de voor- en naschoolse activiteiten andere partners betrekt dan voor het vakantieaanbod.
Op zoek naar goede tools en methodieken om samen aan de slag te gaan met het decreet? Neem zeker een kijkje in het inspiratiekader.