Zij hebben drie kerntaken:
- aanmelden van minderjarigen bij de intersectorale toegangspoort
- opstellen van een indicatievoorstel bij de aanmelding, voor een snellere behandeling van de aanvraag
- aanleveren van diagnostiek aan de toegangspoort.
Opgroeien is verantwoordelijk voor de erkenning van alle MDT’s binnen de integrale jeugdhulp.
Erkenning en financiering
De regelgeving voor MDT’s bepaalt:
- de kwaliteitsvoorwaarden voor de erkenning van een MDT
- de financiering van MDT’s
- de procedure voor de erkenning van nieuwe diensten.
Erkenning van bestaande MDT’s
- MDT’s die voor 1 maart 2014 door het toenmalige Jongerenwelzijn werden erkend, behouden hun erkenning voor onbepaalde duur, tenzij ze aangeven dit niet te willen.
- Nieuwe diensten zonder erkenning, maar actief binnen samenwerkingsverbanden, kunnen een erkenning aanvragen bij Opgroeien.

Waar vind je erkende MDT’s?
Erkende MDT’s zijn actief binnen verschillende diensten:
- Centra voor Leerlingenbegeleiding (CLB)
- diensten maatschappelijk werk mutualiteiten
- diensten geestelijke gezondheidszorg (GGZ)
- revalidatiediensten of -centra
- Observatie- en behandelcentra (OBC)
- Centra voor ontwikkelingsstoornissen (COS)
- Onthaal-, observatie- en oriëntatiecentra (OOOC)
- Kinderpsychiatrische diensten ziekenhuizen
Kwaliteitseisen
Alle MDT’s moeten voldoen aan dezelfde inhoudelijke en organisatorische kwaliteitseisen:
Inhoudelijk
- Interprofessioneel verloop van het diagnostisch proces en de besluitvorming garanderen.
- Werken volgens vaste principes:
- doelgericht en gericht op de noden van de minderjarige
- werken vanuit een interactioneel perspectief met aandacht voor zowel problemen als krachten
- samenwerken met de minderjarige.
- Beschikken over expertise voor:
- onderkennende diagnostiek: vaststellen wat er aan de hand is
- verklarende diagnostiek: begrijpen waarom problemen ontstaan
- handelingsgerichte diagnostiek: bepalen welke hulp het meest effectief is.
- Werken met een transparante en wetenschappelijk onderbouwde werkwijze.
- Bewust en kritisch kiezen voor de meest passende diagnostische aanpak.
- De rol van contactpersoon-aanmelder op zich nemen bij de toegangspoort en de minderjarige hierbij betrekken.
- Bekwaam zijn om de zorgzwaarte van een situatie in te schatten.
- Opstellen van indicatiestellingsvoorstellen die:
- onafhankelijk zijn van het bestaande aanbod
- maximale aansluiting hebben bij de hulpvraag
- rekening houden met de mogelijkheden van de minderjarige.
Organisatorisch
- Interprofessionele samenstelling: MDT’s moeten bestaan uit professionals met verschillende expertises.
- Onafhankelijkheid van het hulpverleningsaanbod: MDT’s moeten onafhankelijk werken van andere diensten die zij mogelijk zelf aanbieden.
- Capaciteit om zelf diagnostiek uit te voeren: MDT’s moeten over de nodige middelen en expertise beschikken.
- Vormingsplan voor teamleden: Elk MDT moet een plan hebben voor de permanente vorming en bijscholing van de medewerkers.