Praktijk

De Kindreflex binnen de volwassen hulpverlening

De Kindreflex werd ondertussen uitgerold in de sectoren GGZ, CAW's, justitiehuizen en wordt proefgedraaid voor de diensten spoedgevallen van de ziekenhuizen. Verschillende actoren spreken ondertussen de Kindreflex-taal. Waar er een niet-pluisgevoel ontstaat of verontrusting is er nood aan goed afgestemde samenwerking binnen en buiten de organisatie en een sluitende keten. Het sterk versnipperde hulplandschap en het capaciteitstekort binnen de GGZ, de jeugdhulp en andere sectoren vormen een uitdaging. We spreken liever van een uitdaging dan van een probleem. Hoe kunnen we hier op een open manier naar kijken en verder mee aan de slag gaan?

Doel

De Kindreflex is een instrument met een brede scope:

De Kindreflex stimuleert hulpverleners met hun volwassen cliënten een gesprek te voeren over het thema ouderschap. Ouders krijgen de kans om in alle vrijheid over de kinderen en hun bezorgdheden te praten. Waar nodig ondersteunen hulpverleners de ouders in hun rol als moeder of vader.
De Kindreflex helpt hulpverleners verontrustende gezinssituaties te detecteren en de veiligheid zo snel mogelijk te herstellen.

De Kindreflex hoopt er mee voor te zorgen dat onwelzijn bij kinderen in gezinssituaties onder druk sneller gedetecteerd wordt en dat ouders met problemen zich ondersteund voelen in hun ouderschap. Daarnaast hoopt de Kindreflex hulpverleners van volwassenen te ondersteunen in het omgaan met een niet-pluisgevoel/verontrusting en het herstellen van de veiligheid binnen het gezin.

Doelgroep

Hulpverleners van volwassenen binnen de GGZ en CAW's, medewerkers van de diensten spoedgevallen binnen de ziekenhuizen en justitieassistenten.

Werkwijze

Stappenplan met 6 stappen:
Stap 1: Voer een positief gesprek over de kinderen en het ouderschap
Stap 2: Peil naar de veiligheid thuis en het welzijn van de kinderen
Stap 3: Ondersteun de cliënt in zijn rol als ouder
Stap 4: Ga verder na of er sprake is van verontrusting en bereidheid
Stap 5: Herstel de veiligheid
Stap 6: Betrek een gemandateerde voorziening

Een hulpverlener hoeft niet het hele stappenplan alleen te doorlopen. Elke hulpverlener heeft zijn eigen verantwoordelijkheden en competenties, maar hoeft geen stappen te zetten waarover hij geen expertise heeft. Wel verwachten we dat elke hulpverlener de
kennis heeft om de eerste 2 stappen van de Kindreflex te zetten. De 4 vervolgstappen kunnen een gedeelde verantwoordelijkheid
zijn binnen een team of ruimer netwerk.

Hulpverleners doen de Kindreflex standaard bij elke cliënt.
De eerste 2 stappen van het plan worden bij voorkeur bij aanvang van de begeleiding uitgevoerd.

Partners

De Kindreflex wordt uitgevoerd door een professional die met volwassenen werkt en vraagt interne en externe samenwerking.
De Kindreflex is ondertussen uitgerold binnen de sector GGZ, CAW, de justitiehuizen en wordt proefgedraaid voor de diensten spoedgevallen. Voor het uitvoeren van de Kindreflex is er zowel binnen de organisatie van de uitvoerende professional als buiten de organisatie nood aan goed afgestemde samenwerking. Werken aan ondersteuning van gezinnen onder druk en werken aan welzijn en veiligheid voor kinderen is een werk van vele hoofden en handen en vraagt een sluitende keten.

Parterorganisaties voor de Kindreflex zijn:

Brede instap jeugdhulp: Kind en Gezin, CAW, CLB's
Huisartsen
Organisaties voor gezinsondersteuning zoals CKG's, Homestart, Huizen van het Kind
1 Gezin 1 Plan
Sociale diensten binnen de ziekenhuizen
Gemandateerde voorzieningen: VK en OCJ
Politie en Parket

Wat maakt je praktijk tot een succes?

Door de verhoogde gevoeligheid voor de kinderen achter de hulpvragende volwassenen komen hun noden en die van hun ouders sneller in beeld. Dit kan ervoor zorgen dat er vroeger en met minder zware middelen kan gewerkt worden aan welzijn en veiligheid binnen het gezin.

Daarnaast voelen hulpverleners zich gesterkt in het aan de slag gaan met het niet-pluisgevoel of de verontrusting door het kader dat het stappenplan van de Kindreflex biedt en de opleidingen die er in het kader van de Kindreflex gegeven worden. We hopen zo de handelingsverlegenheid bij professionals te verminderen en de expertise te vergroten.

Binnen de praktijkgroepen werken we aan verdere expetrise-opbouw en afstemming binnen de eigen organisatie en met de externe partners. Zo ontstaat er een lerend netwerk binnen het brede werkveld waarbinnen de Kindreflex uitgevoerd wordt.

Welke uitdagingen liggen er voor?

Kennismaking tussen sectoren die met kinderen werken en de volwassenen hulp. Onbekend is onbemind en dus vaak ook onbenut.
Afstemming en groeien in samenwerking tussen de verschillende actoren in de keten gaande van de eerstelijnsactoren, diensten voor gezinsondersteuning/jeugdhulp tot gemandateerden voorzieningen en politie en parket.
Er zijn nog heel wat sectoren waar de implementatie van de Kindreflex welkom zou zijn.