Roma en woonwagenbewoners

Roma en woonwagenbewoners: wie zijn ze?

Roma en Woonwagenbewoners worden vaak met elkaar verward. Roma arriveerden sinds de jaren 1990 vanuit Oost-Europa. Ze leven niet in woonwagens. Woonwagenbewoners doen dat wel, zoals de term aangeeft. Onder deze woonwagenbewoners in België zijn er de Voyageurs (hun voorouders trokken van deur tot deur), de Roms die al sinds de 19de eeuw in België leven en de Manoesjen (van wie de voorouders al in de 15de eeuw bij ons toekwamen).

Je hebt Roma en Roma...

Dé Roma bestaan niet: het is een diverse groep met veel subgroepen. Ze hebben een gedeelde geschiedenis en cultuur. Ze verschillen in taal, regio van herkomst, religie, sociaal-economische achtergrond en plaats in de samenleving. Ze kunnen ook erg verschillen in de mate dat ze vasthouden aan tradities, of ze van een stedelijk dan wel een landelijk milieu afkomstig zijn, enz. Je hebt Bulgaarse, Slovaakse, Hongaarse, Roemeense... Roma.   Veel Roma zijn trouwens niet nomadisch. Tijdens het communisme zijn Roma door de overheid verplicht in huizen te gaan wonen. Hierdoor wonen Roma over het algemeen niet in woonwagens . ‘Roma’ in België verwijst dus zowel naar de gezinnen die in het begin van de jaren ‘90, na de val van de Berlijnse muur, vanuit Oost- naar West-Europa emigreerden als de gemeenschappen van recentere migratie uit o.a. Bulgarije, Roemenië, Slovakije sinds de uitbreiding van de Europese unie. Zij verkiezen een sedentaire levensstijl. (zie 2: Geschiedenis van Roma en Woonwagenbewoners).  

Woonwagenbewoners

De Woonwagenbewoners in Vlaanderen en Brussel  bestaan uit drie subgroepen: de Manoesjen of Sinti, de Roms en de Voyageurs.

  • Manoesjen/Sinti en Roms delen dezelfde historische en etnische achtergrond en herkomst als Roma, met name Noord-India. Maar de Woonwagenbewoners verblijven al veel langer in ons land, wat ook van invloed is op hun positie in de samenleving (o.a. de Belgische nationaliteit).
  • Manoesjen/Sinti (ong. 100 gezinnen) hebben hoofdzakelijk de Belgische nationaliteit, spreken een versie van het Romanes (= Manoesj) en hebben Nederlands of Frans als tweede taal. De meeste verkiezen vandaag een woonwagen boven een huis, maar trekken niet echt meer rond.
  • De Roms (ong. 300 gezinnen) hebben de Belgische nationaliteit, een minderheid heeft de Franse nationaliteit. Ze spreken Romanes, met Frans als tweede taal, maar de jongere generatie die in Vlaanderen schoolloopt spreekt Nederlands. Ook zij leven hoofdzakelijk nog in woonwagens waarmee ze rondtrekken of vast op residentiële terreinen wonen. Velen van hen zijn verplicht om rond te rekken door een nijpend tekort aan plekken op die terreinen (zie woonsituatie van Woonwagenbewoners vandaag). 
  • Voyageurs (5.000 tot 10.000 gezinnen) zijn de grootste subgroep in Vlaanderen (70% van alle Woonwagenbewoners in Vlaanderen). Zij hebben geen migratie-achtergrond en zijn dus autochtone Belgen. Voyageurs zijn in de 19e eeuw uit economische noodzaak beginnen rond te trekken. Veel Voyageurs zijn vandaag nog werkzaam als zelfstandige handelaars. Vandaag trekken ze minder rond om aan de kost te komen omdat dit minder rendabel geworden is. Ze spreken voornamelijk Nederlands.

Eén officiële benaming

In 1971 werd op het eerste Roma-wereldcongres gekozen om voor één officiële benaming te gaan voor àlle groepen: ‘Roma’. Zo wou men komaf maken met andere benamingen (zigeuners, Gitans, gypsies ...) die voor Roma een negatieve bijklank hebben.  Op die manier konden ze als gemeenschap de krachten bundelen in de strijd voor een menswaardiger leven. Zo konden ze zwaarder wegen op het sociale en politieke terrein. Op datzelfde congres kozen ze ook voor een eigen vlag (‘Gelem gelem’) en een eigen hymne. 8 april werd uitgeroepen tot internationale Roma- feestdag.